Een eerste kennismaking

II Een eerste kennismaking

Vroeger was Linux een puur tekstueel systeem. Vergelijkbaar met MS-DOS, maar natuurlijk wel veel krachtiger. Ideaal voor de techneut, maar een ramp voor de gemiddelde eindgebruiker. De populariteit van Windows is echter niet mis verstaan in de Linux wereld en het gevolg is nu dat vrijwel alles gewoon met een grafisch programma kan worden gedaan.

1 Aanmelden

Tijdens de installatie moet steeds een wachtwoord voor de systeembeheerder root gegeven worden, en ook minimaal één gebruiker aangemaakt worden. Wanneer je een paar invulvelden voor je krijgt, kun je aanmelden als zo'n gebruiker. Omdat het in het algemeen een slecht idee is aan te melden als root (dat doe je doorgaans via een omweg) dien je dus aan te melden met de gewone gebruikersnaam die tijdens de installatie is aangemaakt. Om aan te melden, typ je de gebruikersnaam en het wachtwoord in het betreffende veld in. Na bevestiging en wat geratel, ben je dan aangemeld. Moderne Linux distributies melden automatisch een gebruiker aan.

2 Het bureaublad

Na het aanmelden krijg je het bureaublad te zien, met daarop veel bekends. Linksonder zie je het K menu en dat is de Linux-variant op het start-menu in Windows. De letter K is van KDE, de Konsole Desktop Environment (van origine Duits) en dat staat voor een verzameling programma's met een bepaalde look-and-feel die goed met elkaar samenwerken.

Overigens zijn er ook andere desktops voor Linux te vinden, met Gnome als belangrijkste tegenhanger van KDE. Gnome programmatuur voelt wat anders aan, maar werkt verder prima op een KDE desktop. Mocht KDE je niet bevallen, dan kun je dus wat anders proberen. Want Linux is het platform dat het aan de gebruiker over laat te kiezen!

KDE bureaublad-onderdelen

Nadat alles op het scherm verschenen is, maak je wat tijd vrij om de nieuwe omgeving te verkennen. Als je reeds ervaring hebt met Windows of Mac OS X, dan zullen veel zaken bekend overkomen. De twee meest in het oog springende onderdelen van KDE zijn het bureaublad zelf en het paneel.

  1. Het paneel
    Wanneer je KDE voor de eerste maal start, staat het paneel onderaan op het scherm. Met het paneel kun je programma's starten en tussen virtuele bureaubladen schakelen.

  2. K knop
    De K knop is één van de belangrijkste onderdelen van het KDE-bureaublad. Vanuit de K knop kun je alle geïnstalleerde KDE-programma's starten. Later leer je andere programma's aan het menu toe te voegen. Om programma's te starten, klik je op de K knop. Er verschijnt een paneel met verschillende Favorieten, samen met enkele Tabs. Als de muis een Tab aanwijst, toont het paneel erboven de inhoud van de Tab. Telkens je met de muis klikt op een Item met rechts een pijl, schuift er een nieuw paneel boven het oude. Wanneer je het programma dat je wenst te starten, hebt gevonden, klik je erop met de linkermuisknop.

  3. Pictogrammen balk
    Sommige mensen zijn zo lui, dat ze de twee tot drie bewegingen die ze moeten uitvoeren om een programma te starten teveel vinden (mezelf inbegrepen). Voor hen, kunnen naast de K knop extra knoppen geplaatst worden; met bijvoorbeeld koppelingen naar Bureaublad tonen, Firefox (webbrowser), Dolphin (bestandsbeheerder). Deze knoppen kun je zelf aanvullen met eigen snelkoppelingen.

  4. Virtuele Bureaublad knoppen
    Bij de eerste start van KDE, merk je vier knoppen met de opschriften Bureaublad 1 tot en met Bureaublad 4. Die stellen de vier bureaubladen voor. Klik op één van de vier bureaublad knoppen. Hoewel de geopende vensters daardoor verdwijnen, blijven ze actief (raadpleeg de taakbalk!). Het gebruik van meerdere bureaubladen is één van de krachtigste onderdelen van KDE en het X-Windows Systeem. In plaats van vensters over elkaar te plaatsen, zoals in Windows, kun je op het eerste bureaublad een DVD laten branden en op het tweede bureaublad je email lezen. Je kunt ook van bureaublad veranderen door het bureaublad aan te wijzen en het bladerwieltje van de muis te gebruiken.

  5. De taakbalk
    In een ander gedeelte van het paneel staat een knop voor elk geopend venster. Klik op de knop die overeenkomt met het venster die je wilt gebruiken. Nogmaals op dezelfde knop klikken zal het venster minimaliseren. Rechts klikken laat u toe om het venster naar een ander bureaublad te verplaatsen, zijn grootte aan te passen, of het programma te sluiten.

  6. Systeemvak
    Het systeemvak bevat knoppen om Meldingen of de voortgang van gestarte taken te tonen, het klembord te bedienen, het volume te regelen, het netwerk in te stellen, enz...

  7. Tijd en datum
    Rechts op het KDE-paneel, staat de tijd en de datum (aanwijzen met de muis).

  8. Paneelgereedschapskist
    Uiterst rechts op het KDE-paneel, staat een knop om het paneel in te stellen.

  9. Vensters gebruiken

    1. Titelbalk
      De titelbalk bevat de naam van het venster. Rechts klikken erop toont het Venster menu. Wanneer een programma niet meer reageert, kunt u in het Venster menu het programma sluiten.

    2. Venster menu
      Rechts klikken in de titelbalk van het venster (met de programmanaam) of klikken op het venstermanipulatiepictogram (uiterst links in de titelbalk) of rechts klikken op de programmaknop in de taakbalk toont een snelmenu met opdrachten om het venster te manipuleren. De volgende opdrachten staan ter beschikking:

      1. Naar bureaublad >
        Stuurt een venster naar een ander bureaublad. Kies het bureaublad waar je het venster wenst te plaatsen. Het venster zal ogenblikkelijk verdwijnen. Om het venster terug te zien, moet je op de overeenkomstige bureaubladknop in het paneel klikken. Kies je voor Alle bureaubladen dan wordt het venster 'Sticky' – het wordt op alle bureaubladen zichtbaar.

      2. Dekking >
        Indien de hardware (grafische kaart) transparantie ondersteunt, kun je met deze opdracht de dekking van een venster instellen (100% dekking = niet doorzichtig, 50% dekking = half transparant, 10% dekking = bijna onzichtbaar).

      3. Verplaatsen
        Opdracht om het venster met de muis te verplaatsen. Klik op de plaats waar je het venster wilt plaatsen.

      4. Grootte wijzigen
        Opdracht om de venstergrootte aan te passen. Beweeg de muis en klik indien je tevreden bent met de venstergrootte.

      5. Minimaliseren
        Verbergt het venster, laat enkel een pictogram in de taakbalk achter. Om het venster terug op het bureaublad te plaatsen, klik je op het taakbalkpictogram.

      6. Maximaliseren
        Dit zal het venster de grootst mogelijke omvang geven. KDE zal daarbij de grootte van het virtuele bureaublad nemen, wat dus groter kan zijn dan uw scherm.

      7. Oprollen
        Rolt het venster op, waardoor alleen de titelbalk zichtbaar blijft. Om het venster terug compleet zichtbaar te maken, klik je nogmaals op Oprollen.

      8. Venster naar groep verplaatsen >
        Plaats een venster in de titelbalk van een ander venster waardoor de twee vensters één groep vormen. Een venstergroep kan dus meerdere vensters groeperen. De titelbalk van een venstergroep wordt verdeeld over het aantal vensters in de groep. Om de vensterinhoud van een bepaald venster te bekijken, klik je op het overeenkomstig venstertabblad (titelbalk van het venster) in de titelbalk van de venstergroep.

      9. Naar het venstertabblad schakelen >
        Maakt een ander venster uit een venstergroep zichtbaar.

      10. Uit groep verwijderen
        Verwijdert het venster uit de groep waardoor het terug een eigen titelbalk en vensteromgeving krijgt.

      11. Gehele groep sluiten
        Sluit alle vensters uit de groep af.

      12. Geavanceerd > Altijd op voorgrond
        Plaats het venster permanent op de voorgrond, zelfs als het niet actief is.

      13. Geavanceerd > Altijd op achtergrond
        Plaats het venster permanent op de achtergrond, zelfs als het actief is.

      14. Geavanceerd > Venster schermvullend
        Vult het ganse scherm met de vensterinhoud. Dit kan enkel met het toetsenbord (Alt+F3) terug uitgeschakeld worden.

      15. Geavanceerd > Vensterrand verbergen
        Verbergt de titelbalk en de vensterranden. Dit kan enkel met het toetsenbord terug uitgeschakeld worden.

      16. Geavanceerd > Venstersneltoets...
        Hiermee geef je een toetsencombinatie aan het venster. Door het vervolgens drukken van deze toetsencombinatie kun je het venster op de voorgrond plaatsen.

      17. Geavanceerd > Speciale vensterinstellingen...
        Bewaart de gespecificeerde instellingen van het venster (positie, grootte, of het steeds boven de andere vensters moet staan, enz...). Elke instelling kan op verschillende manieren opgeslagen worden:

        1. Niet aanpassen
          De venstereigenschap wordt niet beïnvloed en het standaardgedrag zal worden gebruikt. Dit voorkomt dat meer generieke vensterinstellingen effect hebben.

        2. Initieel toepassen
          De venstereigenschap wordt alleen op de aangegeven waarde gezet nadat het venster is gecreëerd. Er zullen geen verdere wijzigingen worden doorgevoerd.

        3. Onthouden
          De waarde van de venstereigenschap wordt onthouden en elke keer als het venster wordt gecreëerd, zal de laatst onthouden waarde worden toegepast.

        4. Afdwingen
          De venstereigenschap zal altijd op de aangegeven waarde worden gezet.

        5. Nu toepassen
          De venstereigenschap zal onmiddellijk worden ingesteld op de opgegeven waarde en zal later geen effect meer hebben (deze actie wordt naderhand verwijderd).

        6. Tijdelijk afdwingen
          De venstereigenschap zal worden geforceerd op de opgegeven waarde totdat het venster wordt verborgen (de actie wordt verwijderd als het venster wordt verborgen).

      18. Geavanceerd > Speciale programmainstellingen...
        Bewaart de gespecificeerde instellingen van een programma (positie, grootte, of het steeds boven de andere vensters moet staan, enz...).

      19. Venstergedrag instellen...
        Toont het dialoogvenster Instellen – KDE Configuratiemodus waarmee je onder andere in de categorie Venstersdecoraties het uitzicht van alle KDE-vensters kunt aanpassen. Het uitzicht kun je snel aanpassen door een thema te kiezen of van het internet te halen met de knop Nieuwe vensterdecoraties verkrijgen.... Via de knop Decoratie instellen... pas je zelf het uitzicht van de vensters aan, via de knop Knoppen instellen... pas je de knoppen in de titelbalk aan.

      20. Sluiten
        Zal het venster sluiten. Soms zal het programma je toelaten uw werk op te slaan, in andere gevallen niet (oude X11 programma's). Het is beter om een programma af te sluiten met zijn eigen opdrachten, gebruik deze menu-opdracht enkel als een laatste redmiddel.

    3. Op alle bureaubladen (Sticky) knop
      Deze knop heeft dezelfde uitwerking als in het Venster menu Naar bureaublad de opdracht Alle bureaubladen selecteren, maar vergt minder stappen.

    4. Minimaliseren, Maximaliseren (Terugzetten) en Sluiten knoppen
      Rechts op de titelbalk, staan drie knoppen die eveneens gebruikt kunnen worden om het venster te minimaliseren, te maximaliseren (sneller dan via het Venster menu) of te sluiten. Vensters kunnen teruggebracht worden door een klik op de knop in de taakbalk. Rechts klikken op de knop Maximaliseren maximaliseert het venster enkel in de breedte. Klikken met de middelste muisknop (bladerwiel) op de knop Maximaliseren maximaliseert het vensters enkel in de hoogte. Een tweede rechter- of middelste muisklik op de knop Maximaliseren in een horizontaal of verticaal gemaximaliseerd venster zet het venster terug in de oorspronkelijke grootte.

    5. Om een venster te verplaatsen, plaats je de cursor in de titelbalk en hou je de linker muisknop ingedrukt. Zonder de muisknop te lossen, verplaats je het venster naar de gewenste plaats, pas dan laat je de muisknop los. Randgedrag:

      1. Indien je een venster versleept naar het midden van de rechter- of linkerrand van het scherm wordt het venster verticaal gemaximaliseerd en wordt het half zo breed als het scherm.

      2. Bij het verslepen van een venster naar het bovenste of onderste gedeelte van de rechter- of linkerkant neemt het venster een kwart van de schermruimte in.

      3. Bij het verslepen van een venster naar de bovenrand van het scherm wordt het venster gemaximaliseerd.

      4. Om het venster terug hun oorspronkelijke grootte te geven, sleep je ze weg van de schermrand.

      5. Om dit effect te neutraliseren, sleep je het venster naar een rand, waarna je het venster iets van de rand weg sleept. Daarbij blijft het venster aan de rand kleven, maar wordt het effect geannuleerd.

    6. Als je de grootte van een venster wilt aanpassen, plaats je de muis op de vensterrand die je wilt aanpassen. Op het ogenblik dat de muis op de vensterrand staat, veranderd de muiswijzer in een dubbele pijl. Blijf de linker muisknop ingedrukt houden en sleep de rand naar de gewenste positie, pas dan laat je de muisknop los. Merk op dat je twee zijden gelijktijdig kunt verslepen door de muiswijzer in een hoek van het venster te plaatsen.

    7. De menubalk van elk KDE-venster gebruiken, is eenvoudig. Klik op wat je wil doen en het zal uitgevoerd worden.

    8. Onder de menubalk, staan een set pictogrammen die je kunt gebruiken om opdrachten uit te voeren. Wanneer je de muis over zo'n pictogram beweegt, wordt het pictogram gemarkeerd. Deze werkbalk (en/of menubalk) kan echter veel meer. Als je met de rechtermuisknop op een werkbalk klikt, kun je de Werkbalkposities vergrendelen uitschakelen. Bij uitgeschakelde Werkbalkposities vergrendelen merk je uiterst links een verticaal gearceerd deel op. Klik erop met de rechtermuisknop en er komt een snelmenu tevoorschijn, met het vervolgmenu Oriëntatie > kun je de balk bovenaan, links, rechts of onderaan het venster plaatsen. Door het gearceerde deel van de werkbalk te verslepen, kun je de werkbalk vrij positioneren (in een apart venster).

  10. Hulp vragen
    Hulp is bijna overal voorhanden: Alle KDE-programma's hebben een help menu. Alle help is HTML-gebaseerd, zodat het helpsysteem gebruiken even eenvoudig is als surfen met de browser.

Ten slotte is het handig te weten hoe je systeem netjes afgesloten wordt: daarvoor open je het K menu en kies je in het Tab Verlaten de manier waarop je wenst af te sluiten. Daarna verschijnt een melding die na een tijd uw computer afsluit.

Opdrachten
  1. Start de computer en kies in de bootmanager voor Linux.

  2. Welke kleur en vorm heeft de K knop?

  3. Hou in de loop van de opdracht het Tab Recent gebruikt van het K menu in het oog.

  4. Start de volgende programma's en probeer na te gaan met welk Windows programma je het kan vergelijken. Sluit daarna elk opgestart programma:

    1. K menu > Programma's > Hulpmiddelen > Wetenschappelijke rekenmachine:

    2. K menu > Programma's > Amusement > Patience-kaartspel:

    3. K menu > Programma's > Hulpmiddelen > Editor > Teksteditor:

    4. K menu > Programma's > Hulpmiddelen > Archiefgereedschap:

    5. K menu > Programma's > Hulpmiddelen > Bureaublad > Notities:

  5. Je werkt nu op Bureaublad 1. Start het programma K menu > Programma's > Kantoortoepassingen > Tekstverwerker.

    1. Tijdens het werken met deze tekstverwerker wil je een nog te bewerken foto invoegen.
      Activeer Bureaublad 2 en start K menu > Programma's > Grafisch > Afbeelddingsbewerker.
      Met het programma Gimp kun je foto's bewerken.

    2. Schakel terug naar Bureaublad 1 en sluit de tekstverwerker.

    3. Schakel naar Bureaublad 2 en sluit de GIMP door het middelste venster te sluiten.

    4. Schakel naar Bureaublad 1.

  6. Raadpleeg de Knopinfo (komt tevoorschijn bij het aanwijzen van een knop met de muis) om de volgende vraag op te lossen.
    Waarvoor worden de pictogrammen tussen de K knop en de Bureaubladknoppen gebruikt:

  7. Start de volgende programma's en geef de naam van de overeenkomstige taakbalkknop.

    1. K menu > Programma's > Grafisch > Afbeeldingenviewer:

    2. K menu > Favorieten > Webbrowser:

    3. Start de Firefox Webbrowser nogmaals op, maar nu met behulp van een knop (pictogram) op het paneel:

    4. Start de Bestandsbeheerder Dolphin op:

    5. Plaats met behulp van een taakbalkknop het venster van Gwenview op de voorgrond.

      1. Minimaliseer met dezelfde taakbalkknop het venster van Gwenview.

      2. Plaats met de taakbalkknop het venster van Gwenview op Bureaublad 2.

      3. Herstel met de taakbalkknop de grootte van het Gwenview-venster.

        Beschrijf wat er gebeurt:

    6. Start het programma K menu > Programma's > Kantoortoepassingen > Persoonlijke organizer.

      1. Sluit het venster Tip van de dag van KOrganizer.

    7. Verklein het venster van Gwenview met het Venster menu.

      Welke randen verplaats je dan?

      1. Rol het Gwenview venster op. Wat blijft er dan zichtbaar van het venster?

      2. Zorg dat je het volledige Gwenview-venster ziet, m.a.w. niet opgerold.

    8. Zorg dat het venster van Gwenview steeds boven alle andere vensters staat.

      1. Activeer het venster van Korganizer en schuif dit gedeeltelijk onder het Gwenview-venster.

    9. Plaats KOrganizer met de taakbalkknop op Bureaublad 1.

    10. Sluit Gwenview met de taakbalkknop.

    11. Activeer Korganizer met de taakbalkknop.

    12. Activeer met de taakbalkknop de bestandsbeheerder Dolphin.

    13. Maak de vensterinhoud van de bestandsbeheerder Dolphin schermvullend.

      1. Met welke toetscombinatie kun je het Venster menu oproepen?

      2. Zorg dat de vensterinhoud van de bestandsbeheerder Dolphin niet langer schermvullend is.

    14. Sluit de bestandsbeheerder Dolphin.

    15. Activeer en sluit het eerste venster van de webbrowser.

    16. Sluit het tweede venster van de webbrowser.

    17. Plaats het venster van KOrganizer op alle bureaubladen.

    18. Configureer de Vensterdecoratie als Plastik en pas deze toe.

      1. Klik in de titelbalk op de Op alle bureaubladen (Sticky) knop.

        Beschrijf wat er met het pictogram gebeurt:

      2. Zorg dat je Bureaublad 2 ziet. Wat merk je op?

      3. Klik op de Niet op alle bureaubladen knop.

        Op welke bureaubladen verdween het Instellen dialoogvenster?

      4. Configureer de Vensterdecoraties terug naar Oxygen en bevestig de nieuwe instellingen met OK.

    19. Sluit het venster van KOrganizer op het tweede bureaublad.

    20. Activeer het eerste bureaublad.

      Staat het KOrganizer-venster nog op het eerste Bureaublad?

  8. Start K menu > Programma's > Internet > Webbrowser > Webbrowser Firefox.

    1. Surf naar http://linux.pindanet.be.

    2. Start K menu > Programma's > Internet > Webbrowser > Webbrowser Konqueror.

      1. Surf naar http://linux.pindanet.be.

    3. Plaats beide webbrowsers naast elkaar zodat ze verticaal gemaximaliseerd zijn en horizontaal de helft van de schermbreedte innemen.

      Welke weergaveverschillen merk je tussen beide browsers?

    4. Sluit beide webbrowsers.

  9. Start K menu > Programma's > Kantoortoepassingen > Documentenviewer.

    1. Laat het venster oprollen.

    2. Zorg ervoor dat de vensterinhoud weer zichtbaar wordt.

    3. Ontgrendel de werkbalkposities.

    4. Plaats de werkbalk links en verticaal in het venster.

    5. Plaats de werkbalk in een apart venster.

    6. Zorg ervoor dat de werkbalk terug bovenaan en horizontaal in het venster staat.

    7. Vergrendel de werkbalk (de werkbalk kan dan niet meer verplaatst worden).

    8. Verberg met een opdracht in een menu de werkbalk volledig.

    9. Toon de werkbalk terug.

    10. Sluit het programma Okular.

  10. Start K menu > Programma's > Internet > Chat > Instant messenger.

    1. Plaats het Kopete venster rechts onderaan het scherm, juist boven de klok in het paneel.

    2. Activeer het Venster menu > Geavanceerd > Speciale vensterinstellingen...

    3. Op het tabblad Geometrie staat de positie in coördinaten vermeld,

      deze zijn ................, ..................

    4. Zorg ervoor dat het Kopete venster altijd op deze positie blijft.

    5. Hoe groot is het Kopete venster: ......................, .........................

    6. Zorg dat de gebruiker de venstergrootte nooit kan aanpassen.

    7. Op het tabblad Voorkeuren zorg je ervoor dat bij het verschijnen van het venster dit steeds op de voorgrond staat. Met andere woorden: de gebruiker kan dit gedrag actief uitschakelen.

    8. Zorg er eveneens voor dat het Kopete venster nooit een taakbalk-knop toont.

    9. Bevestig de instellingen.

    10. Controleer op de volgende manier of je het venstergedrag correct hebt ingesteld:

      1. Sluit het Kopete venster. Lees het dialoogvenster met de opmerking en voer deze uit om Kopete helemaal af te sluiten.

      2. Start Kopete terug op. Waar verschijnt het venster?

      3. Gebruik het systeemvak-pictogram om het venster te activeren.

      4. Kun je de grootte van het venster aanpassen?

      5. Start de Bestandsbeheerder Dolphin. Schuif het venster boven het Kopete venster.

        Lukt dit?

      6. Kun je het gedrag Altijd op voorgrond van het Kopete venster voor deze venstersessie tijdelijk uitschakelen?

      7. Sluit het Kopete venster.

      8. Open het Kopete venster terug.

        Welk Altijd op voorgrond-gedrag vertoont het Kopete venster?

      9. Heeft het Kopete venster een taakbalk-knop?

    11. Open het handboek van Kopete. In welke taal is het handboek van Kopete geschreven?

    12. Sluit het KDE Documentatiecentrum, Kopete en de bestandsbeheerder Dolphin helemaal af.

  11. Welk(e) programma('s) uit voorgaande opdrachten hebben in het systeemvak eveneens een pictogram achtergelaten en zijn dus nog niet helemaal afgesloten?

    1. Sluit deze programma's helemaal af.

  12. Open het K menu. Wat toont de Tab Recent gebruikt?